Eerste zittingsdag mega-mestfraudezaak Bunschoten: gps-trackers, geheime camera en digestaat

BUNSCHOTEN-SPAKENBURG - De eerste van de zeven zittingsdagen in de grote mestfraudezaak tegen de biogascentrale in Bunschoten zit erop. Het gebruik van en de handel in digestaat tussen de Bunschotense biogascentrale en agrariërs in Zeewolde, Putten en Eemdijk was vandaag het onderwerp van gesprek. Een gesprek over vrachtwagens, peilbakens, een verborgen camera en vooral: digestaat.
Laten we met dat laatste beginnen. Digestaat is de dikke, zwarte smurrie die overblijft na de productie van biogas. De biogascentrale in Bunschoten doet dat met twee vergistertanks, waar allerlei voedselafval in verdwijnt om het vervolgens als warme soep op te borrelen tot biogas. Dat waardeert het bedrijf vervolgens op en levert het als groen gas aan het net.

Anonieme misdaadmelding

Onderaan de tank blijft een dikke digestaatsmurrie over. Dat kan vervolgens verbrand of gecomposteerd worden, maar de voorkeur van het familiebedrijf is om het te gebruiken "om de bodem op te waarderen". Oftewel: als meststof. Maar daar zit volgens het Openbaar Ministerie (OM) nou juist het probleem, want dat mag niet volgens de huidige wet- en regelgeving.
De zaak komt begin februari 2015 aan het licht, als er een anonieme misdaadmelding bij de politie binnenkomt. Daarin wordt uit de doeken gedaan hoe de biogascentrale digestaat levert aan verschillende veehouders.

Gps-trackers en geheime camera

Het OM neemt de melding onder de loep, waarna vrachtwagens met gps-trackers en een geheime camera in de gaten worden gehouden. Na vijf jaar concludeert de officier dat er tussen 2010 en 2016 jarenlang gesjoemeld is om digestaat toch als meststof te gebruiken. Door documenten opzettelijk te vervalsen zou het goedje gebruikt zijn om landbouwgrond in onder meer Zeewolde, Putten en Eemdijk te bemesten. "Kostenbesparing en gemakzucht zijn verkozen boven de veiligheid van onze voedselketen en ons milieu", aldus de officier.
A. van de Groep en Zonen, zoals de biogascentrale voluit heet, zou in overleg met agrariërs in Zeewolde en Putten mestzakken hebben gebruikt om de digestaat op te slaan à 25 euro per ton. Dat zou goedkoper zijn geweest dan het te verbranden of composteren, en zodoende een aantrekkelijkere optie. Afgesproken was om het ook weer op te halen en vervolgens opnieuw te vergisten. Behalve in Eemdijk, daar werd het experimenteel gebruikt in een kleine vergister op het terrein zelf.

150.000 euro

Tijdens deze eerste behandeling bleek dat niet alle digestaat altijd weer werd opgehaald. Zo gaf de boer uit Zeewolde aan dat hij omhoog zat met de opslag van zijn eigen mest en daarom de digestaat maar op zijn akker is gaan verrijden. "Ik ging ervanuit dat de digestaat bij Van de Groep vandaan kwam en dat het door het proces veilig was", aldus de boer uit Zeewolde. Dat bleek niet zo te zijn, zeker toen er op een gegeven moment een te hoge concentratie aan zware metalen in de digestaat werd aangetroffen.
Het boerenbedrijf uit Putten ontkent dat er digestaat op de landbouwgrond terecht is gekomen en de agrariër uit Eemdijk stelt dat hij nooit een vrachtwagen op het terrein heeft gezien, omdat het vergisten een project van een medewerker van hem betrof. "Wist ik maar alles wat er om mijn terrein gebeurt", was zijn repliek. Het OM wil van alle bedrijven geld zien voor de in totaal ruim 5700 ton afgenomen digestaat. Dat gaat samen om bijna 150.000 euro.
Morgen staat het tweede deelonderzoek op het programma, waarin besproken wordt hoe de digestaat in Duitsland terecht is gekomen en in hoeverre er sprake is van een criminele organisatie. Volgende week heeft het Openbaar Ministerie twee dagen het woord. Op 6 december doet de rechtbank uitspraak.